De toekomstig student in de trein
“Dit is toch een stilte-coupe?” Ik kijk verbaasd op van mijn boek. De jonge vrouw voor mijn neus kijkt me vragend aan, ik knik, waarop zij naar de zeer luidruchtige mensen achter ons kijken. “Ik weet alleen dat ze Duits spreken, en geen Engels. Iemand sprak ze net al aan.” Ze blijft afwachtend naar mij kijken. “Ik spreek geen Duits,” zeg ik er dus maar snel achteraan. “Hm, Ich spreche ein bisschen Deutsch,” gaat zij daarop verder, maar ze blijft wel zitten en spreekt de herrieschoppers niet aan. “Maar dat is ook logisch. Zoals je wel kunt zien ben ik Oosters.” Volgens mij is het tijd om het boek weg te leggen. Met een frons kijk ik naar haar, nu ik beter kijk zie ik ook dat ze jonger is dan ik in de eerste instantie dacht. Misschien net 20 jaar oud? In ieder geval had ik niets “oosters” aan haar gezien. “Ja, ik krijg daar best vaak opmerkingen over, maar ja, ik kan het niet ontkennen want je hoort het toch wel een beetje aan me.” Ik geef het op…
“Mijn opa en oma komen uit Tsjechië,” legt ze uit als ik haar maar gewoon op de man af vraag wat ze precies bedoelt met “oosters”, en hoe ze daar last van zou hebben. Nog steeds zijn er een aantal vragen niet beantwoord, maar ik heb in ieder geval een referentie. “Waar ben je naar onderweg?” vraagt ze me, ik antwoord Leiden. Zelf reist ze door naar Den Haag. “Ik wilde eigenlijk met de auto, want van Landsmeer naar Amsterdam is zover fietsen, maar ik mag van mijn ouders niet alleen rijden.” Hoe oud is dit meisje precies? Oud genoeg voor een rijbewijs? Hoewel dat niet meer zoveel zegt, want die mag je inmiddels halen op je… Nog voor ik mijn gedachten kan afmaken volgt een volgende parel. “Ik snap niet waarom ze zo moeilijk doen. Ik bedoel maar, ik ben al een vervolgopleiding aan het uitkiezen en ga misschien naar Groningen. Toen ik daar ging kijken werd ik uitgenodigd voor een studentenfeest. Beste feest van mijn leven, langste kater ooit, ik krijg kippenvel als ik eraan terugdenk zo geweldig was het.” Heb ik per ongeluk de trein naar de maan genomen? Of naar een nachtmerrie? Als ik Leiden achter het raam zie verschijnen haal ik dan ook opgelucht adem. Het gesprek is oppervlakkig gebleven, ik heb mijn best gedaan om het beleefd te houden maar toen ze opnieuw terugkwam op die “oosterse achtergrond” en hoe ze dus wist hoe het is om gediscrimineerd te worden ben ik toch ergens afgehaakt. Haar Amsterdamse accent is aanzienlijk sterker dan het mijne, en ze gedraagt zich al als een stereotype eerstejaars student. Tijd om te vluchten, naar een museum of een bibliotheek…